Wie zijn Pietertje en Kris?

Wie zijn Pietertje en Kris?

Archeologisch onderzoek in het midden van de Kruisstraat te Krommenie
Zoals al eerder gemeld is de riolering in de Kruisstraat in Krommenie aan vervanging toe. Hiertoe wordt er in het midden van de Kruisstraat een ca. 2 meter brede sleuf gegraven, waarin het nieuwe riool komt te liggen. De Kruisstraat is van oorsprong een pad, het Kruispad, dat waarschijnlijk aan het eind van de 16de eeuw is aangelegd. Langs het Kruispad zijn van oudsher diverse bedrijfjes gevestigd. Zo is bekend dat er scheepshellinkjes aan hebben gelegen, en ook zijn er enkele molens langs het pad gebouwd. Ook het ambacht van zeilmaker werd hier gebezigd, met rolreders (het oprollen van zeildoek) en garendrogers als beroepen.

De omgeving van de Kruisstraat (toendertijd Kruispad) rond 1832. In rood de bebouwing, in grijs de wegen en paden en in lichtblauw water. In groen kader het nu onderzochte riooltracé. De rode stippen zijn molens.
Zicht op het Kruispad richting het westen, foto ca. 1900 
(bron: gemeentearchief Zaanstad)


In de 19de eeuw heeft het pad nog een kenmerkend karakter: in het midden ligt een sloot en aan weerszijden is bebouwing aanwezig. Door middel van kleine bruggetjes kon men van de ene naar de andere kant komen. Omdat de Kruisstraat al zo een oude voorgeschiedenis kent, heeft het in het archeologisch beleid van de gemeente Zaanstad een belangrijke plek gekregen. Op de Cultuurhistorische Waardenkaart, waarin ook de Archeologische Waardenkaart is verwerkt, is het van (inter)nationale waarde. Om deze reden is besloten om de rioleringswerkzaamheden in de Kruisstraat ook archeologisch te begeleiden. Onderzoeksbureau ARGO voert dit werk uit. De archeologische begeleiding houdt in dat de rioleringswerkzaamheden op de normale manier kunnen worden uitgevoerd, met de kanttekening dat de archeologen gelegenheid moeten krijgen om vondsten te verzamelen en – indien nodig en mogelijk -  profielen te documenteren en eventuele structuren (denk aan beschoeiingen etc.) op te tekenen.

De riolering wordt met behulp van de graafmachine aangelegd. 
De uitgegraven grond wordt door een archeoloog nagezocht op archeologische vondsten.

Inmiddels is het rioleringswerk, en daarmee ook het archeologisch onderzoek enkele weken verder. Gebleken is dat de hoge grondwaterstand, in combinatie met de overvloedige regenval van de afgelopen weken, tot grote wateroverlast heeft geleid. De strategie is hiermee iets aangepast: het documenteren van de profielen en structuren wordt uitgevoerd wanneer dit mogelijk en noodzakelijk is, maar het verzamelen van vondsten uit de uitgegraven grond is de archeologische hoofdtaak geworden. Wél worden hierbij vakken van 5 meter lengte aangehouden, zodat vondsten nog steeds in relatie tot (historisch bekende) bebouwing gebracht kan worden.

En wordt er dan ook nog wat gevonden? Jazeker! Vanaf het begin van de archeologische begeleiding zijn grote hoeveelheden vondstmateriaal aan het licht gekomen. De oudste vondsten lijken hierbij te wijzen op de beginperiode van het Kruispad, in de laat 16de of vroeg 17de eeuw.  Tabakspijpen in witte pijpaarde zijn goed dateerbaar en hiervan zijn enkele van de vroegst voorkomende typen gevonden. Opmerkelijk is de grote hoeveelheid dierlijk botmateriaal, met veel middenvoetsbeenderen van rund en veel delen van de schedel met hoorn(pit): het lijkt erop dat hier de runderen gevild zijn, waarbij de hoeven en kop gescheiden werd van de huid.

Een kleine greep uit het vondstmateriaal, variërend van papkommen en borden tot wandtegels en tabakspijpen. 
Ook zijn grote hoeveelheden dierlijk bot (rechterfoto) gevonden.

Naast het veel voorkomende servies van een roodbakkend aardewerk, zijn er ook twee opmerkelijke aardewerkvondsten gedaan. Een bijzondere vondst is een kopje van zogenaamd witbakkend industrieel aardewerk, waarop een tekst geschilderd is. In sierlijke letters is hier de tekst “Dit is Pietertjes kommetje’ aangebracht.  

Van een andere orde is ‘Kris’. Op dit ‘Boerenbont’ kopje van industrieel aardewerk is in kleurige letters zijn naam aangebracht. Dergelijke kopjes werden zo rond 1860-1890 gefabriceerd, onder andere in de werkplaatsen van Petrus Regout te Maastricht.

Twee kopjes van witbakkend industrieel aardewerk, gefabriceerd aan het einde van de 19e eeuw.
Links het kopje met de tekst ‘Dit is Pietertjes kommetje’, rechts met de naam ‘Kris’. Door verwering in de grond is het linker kopje helemaal donker verkleurd.


Door een combinatie van de archeologische vondsten die per vak van 5 meter lengte verzameld zijn, én de historisch bekende informatie uit archiefonderzoek, is het wellicht mogelijk bepaalde vondsten of vondstcategorieën aan bepaalde bewoners te koppelen. Is er misschien een leerlooier actief aan het begin van de Kruisstraat, en verklaart dat de grote hoeveelheid dierlijk bot? Worden er wellicht meer kleipijpjes weggegooid of verloren rondom de bekende bruggetjes? 

En tot slot: hoe leuk zou het zijn als we de gebruikers van de twee aardewerken kopjes, Pietertje en Kris, terugvinden in de historische gegevens!? Het gravende werk in de Kruisstraat is afgerond, het uitzoeken van de gegevens begint nu echter pas!

Sander Hakvoort
Adviseur Archeologie Gemeente Zaanstad

Hoog contrastToegankelijkheidsverklaringGa naar Zaanstad.nl